De coronacrisis gaat echt goede dingen opleveren voor het onderwijs

Op de site van de Trouw vind je het volledige artikel "De coronacrisis gaat echt goede dingen opleveren voor het onderwijs" .

Enorme kans

De onwerkelijke situatie van noodgedwongen afstandsonderwijs creëert ook volgens hem een enorme kans voor scholen om online leren op te pakken. Al maakt hij zich wel zorgen over alle ‘partijtjes’ die nu de markt op komen om een slaatje uit de coronacrisis te slaan. “Er wordt zo snel gewerkt dat niet iedereen zich aan de regelgeving houdt. De AVG-norm wordt soms met een korreltje zout genomen, merk ik. Ik zag laatst een excelsheet met allerlei leerlinggegevens online voorbijkomen. Dat lijkt me toch niet de bedoeling.”

Waar middelbare scholen de omslag naar afstandsonderwijs vrij soepel lijken te maken, zijn basisscholen meer zoekende. Zij zijn het vaak minder gewend om digitaal te werken en hun leerlingen zijn jonger en minder zelfstandig.

Arjanne Hoogerman ziet grote verschillen in aanpak. Ze is als onderwijskundige verbonden aan uitgeverij Malmberg. Waar ze normaal gesproken lesmethodes voor schoolboeken ontwerpt, ondersteunt ze nu basisscholen met het inrichten van hun afstandsonderwijs. Ook zij maakt zich zorgen over het overweldigende aanbod van bedrijfjes en onderwijsclubs, al dan niet tegen betaling.

“Ik werk materiaal voor leerkrachten om naar de thuissituatie. Het is nu heel belangrijk dat leraren in de lead blijven. Er is zoveel gratis aanbod. Alles staat online en ouders kunnen overal bij. Maar leraren weten het best wat een kind nodig heeft en hoe ze iets moeten uitleggen. Juist nu kunnen leraren hun vakmanschap laten zien!”

Leerkrachten op de basisschool adviseert ze vooral om veel contact te houden met hun leerlingen. “Jonge kinderen missen school. Het sociale aspect is heel belangrijk voor ze. Scholen doen hun best met lespakketten, maar er is meer dan dat. Een school is een veilige omgeving. Dat is de basis van onderwijs. Straks kan een kind goed de tafel van vijf, maar heeft het aan deze tijd een enorme klap overgehouden. Ik denk dat onderschat wordt wat dit pedagogisch met kinderen doet.”

In deze periode, die voor veel kinderen angstig en verwarrend is, adviseert ze leraren om weinig nieuwe lesstof aan te bieden en terug te gaan naar de kern: taal, lezen en rekenen. Het is beter om veel te herhalen en creatieve opdrachten te verzinnen, zoals een les over meten en wegen en daarna een cake bakken. “Je kunt niet van ouders verwachten dat ze onze lessen helemaal overnemen. Ik bekijk nu: wat is de essentie van een les, en kunnen we een les van een uur voor ouders vertalen naar een kwartier of twintig minuten? Dat is te doen.”

Daarbij maakt ze meteen de kanttekening dat de ene ouder de andere niet is. Hoogerman maakt zich zorgen over de risico’s op kansenongelijkheid die nu op de loer liggen. Niet ieder kind heeft thuis een laptop of een rustige plek. Of er is in het geheel geen veilige thuisomgeving. Leraren doen er goed aan om minimaal om de dag contact te houden met hun leerlingen, zegt Hoogerman, al is het maar voor een babbeltje of een hart onder de riem.